Wieża rycerski w SSiedlęcin koło 1895
Nu moesten
wij ook naar de kerk in Gebhardsdorf in Saksen gaan. Dat was een
flinke stuk lopen, maar we wisten dat we weldra gingen verhuizen. De
mensen uit Blumendorf, waren afhankelijk van het weer, enkele reis
vier tot vijf uur onderweg, Heen en terug waren dat acht tot tien
uur, en oude mensen konden de kerk al helemaal niet meer bezoeken.
Bibiana was
daarom heel blij, toen we eindelijk de riddertoren aan de Bober
konden betrekken. Ik had daar de bovenste etage, waarin ook
grootvaders kamer was geweest, voor ons opnieuw laten verbouwen. Ze
rende meteen naar een raam en keek lang naar de weide omgeving. Ze
vertelde mij stralend van vreugde, dat dit het enigste was, wat ze in
ons boswachtershuis had gemist. Ook onze zoon Jörg was helemaal
enthousiast over de nieuwe omgeving. Hij was nu negen jaar, en vond
al snel vrienden van dezelfde leeftijd. De Bober was voor hen een
rijk visgebied, en nodigde in de zomer uit om te baden en te zwemmen,
wat ik hem ook meteen leerde.
Zo
regen zich al snel enkel zorgeloze en vrolijke jaren aaneen. Soms
kwam er nog nieuws van de Greiffenstein, als een bode op zijn rit een
omweg nam om ons te bezoeken. Zo hoorden we dat Christoph Leopold
eind februari 1656 in Breslau de jonge weduwe van Sigismund von
Promnitz, Agnes von Rackwitz getrouwd had. Een maand later werd de
bruiloft ook op de Greiffenstein met de burgers uit Greiffenberg,
Friedeberg en de omgeving gevierd. Daar moet het er flink aan
toegegaan zijn, omdat de scholtis van Rabishau in zijn roes van een
trap gevallen was en meteen daarna gestorven. Mij kwam daarbij een
verhaal van mijn grootvader boven, hoe hij met zijn Magdalena naar
Kemnitz reed, en hij haar over de dood van de heer van Tschocha na
een drinkgelag op zijn burcht vertelde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten