donderdag 5 juni 2014

Magdalena 11

ludzi z Boża Góra
 
 
Wciąż byliśmy w szoku i ciszy, i patrzeliśmy na trup, kiedy usłyszałyśmy, że delikatnie płaczu wyszła z ogródku domku za karczma. Poszedłem tam i znalazłem koło ośmioletni chłopiec, który ukrywał się pod krzakiem i płakał. Wziąłem go, wytarł z moim chusteczką jego łzy, i mówił do niego uspokajająco; " Powiedz mi, co tu się stało? ". W pierwszej chwili nie był w stanie mówić. Ale po jakimś czasie powiedział trudne i zdezorientowany, co się stało. Wstał wcześnie rano, aby przejść do lasu zbierać jagody i był już w drodze powrotem, kiedy usłyszał głośny krzyki z karczma. Najpierw szybki biegał w ten kierunek, jednak pozostał na brzegu lasu, i ukrywał się w krzakach, bo widział tam straszny rzeczy. Kilku dziki wyglądające mężczyzn siedzący na koniach stali przed karczmy. Niektóre z nich wszedł do karczmy. Widocznie tam była walka  między ojcem i jego sługa i tej dzikich mężczyźni. On wyraźnie usłyszał głos ojca jak on krzyczał. Potem było cicho w domu, usłyszał tylko od czasu do czasu jakiś huk i skrzypienie. Na koncu meczyzni, wyszedł z domu i mieli kilka pełne torby, które przywiązali do konie. Potem rzucili płonące pochodnie na dachu. Tak poszedł cały dom w płomieniach. Z strachu nie miał odwaga się zbliżyć, i ukrył się w ogrodzie. Poszliśmy razem do domu. Kiedy zobaczył leżące tam zwłoki staruszka, znów zaczął szlochać. " To jest moja babcia, " powiedział, " Gdzie jest mój ojciec? Gdzie jest moja matka ? "
 
 
We stonden er nog steeds geschrokken en zwijgend bij, en staarden naar het lijk, toen we een zachtjes huilen hoorden, dat uit de langs de herberg gelegen tuin kwam. Ik ging er naar toe en vond een jongetje van een jaar of acht , die zich onder een struik verstopt had en huilde. Ik tilde hem op, droogde met mijn zakdoek zijn  tranen, en sprak  geruststellend op hem in; ‘Vertel eens, wat is hier gebeurd?’ In het begin kon hij helemaal niet praten. Maar na een poosje vertelde hij moeizaam en verward wat er had plaats gevonden. Hij was vroeg het bos in gegaan om bessen te plukken, en was al op de terugweg toen in de herberg een luid geschreeuw hoorde. Eerst was hij snel die richting op gelopen, dan echter aan de bosrand blijven staan, en zich vervolgens verstopt, omdat hij verschrikkelijke dingen te zien kreeg. Meerdere wild uitziende mannen hadden voor de herberg op hun paarden gezeten. Enkele van hen waren afgestegen en de herberg binnen gegaan. Daar was blijkbaar een gevecht gaande tussen zijn vader, de knecht en de wilde mannen. Hij had heel duidelijk de stem van zijn schreeuwende vader gehoord. Daarna werd het rustig in het huis, hij hoorde slechts af en toe een gerommel en gekraak. Tenslotte kwamen de mannen het huis uit en hadden enkele volle zakken, die ze op hun paarden bonden. Vervolgens gooiden ze  brandende fakkels op het dak. Zo ging het hele huis in vlammen op. Van de schrik durfde hij niet dichterbij te komen, en verstopte zich in de tuin. We gingen samen naar het huis. Toen hij daar het lijk van de oude vrouw zag liggen, begon hij weer te snikken. ‘Dat is mijn oma’ zei hij, ‘Waar is mijn vader? Waar is mijn moeder?’


Geen opmerkingen: