donderdag 23 januari 2014

Wist u dat?



Er een document is uit 1530 waarin geschreven wordt dat Ulrich von Schaffgotsch van het klooster in Liebenthal een stuk bos koopt. Hij voegt dit bos toe aan de gemeente Blumendorf.

In de oorlog tegen de Turken betaalde Blumendorf in 1572 belasting om de oorlog mee te financieren. Een bedrag van 386 Talern.

In 1692 hoorde het dorp bij de Friedeberger Scherprechtbank. Later werd er recht gesproken in de Gerichtskretscham in Blumendorf zelf.

Ene M. Gottfried Menz uit Blumendorf uit het heerschap Greiffenstein is in 1713, pastor in Gross Wandriss.

Op 24 oktober 1734 stierf de de dochter van Martin Theuner uit Blumendorf, die in de Gebberhardsdorfer kerk ter Avondmaal was, plotseling aan een hartaanval en werd daar ook begraven.

In 1783 brandde een op waterkracht aangedreven molen af. Onbekend is of het om een korenmolen of een zogenaamd plankenmolen gaat.

Ook in 1783, een geval van zeldzame vruchtbaarheid. Op 25 november wordt boerin Seifertin moeder van een drieling; twee zoons en een dochter.

1787, op deze genoemde dag verdronk zich in Blumendorf am Kahle Berge een zeer oude man, die al lang door melancholie getroffen was, in een put.

Het onder verantwoording van Dominium Greiff staande gemeentehuis brandt af in 1795. Het herbouwde gemeentehuis wordt geopend in 1802. 

Ter gelegenheid van het 100 jarig jubileum van de kerk in Greiffenberg worden er uit Blumendorf 6 paren getrouwd en 9 kinderen gedoopt.

In 1846 heeft Kwieciszowice; 1 evangelische school,  75 huizen, 1 houtzagerij, 2 watermolens en 1 looimolen (om eikenschors fijn te malen als looistof). Dit is tegenwoordig de dorpswinkel. Er zijn dan ongeveer 470 inwoners waarvan 8 boeren, 10 tuinders en 86 kleinboeren.

Jaren dertig, stonden eens tijdens een onweer drie koeien van Lorenz te dicht bij de prikkeldraad, drie de bliksem sloeg hierop in en doodde drie koeien.

Slager Gringmuth had een soort kelder waar men ijs bewaarde om vlees tot lang in de zomer goed te houden. 

Er was geen arts en men vroeg altijd Jaster om hulp. Zo had er eens een man tandpijn, maar Jaster had nooit tanden getrokken en zijn vrouw wilde geen problemen met de overheid hebben. Maar de man die ook geen geld had stond er op. Jaster gaf op het moment les, maar de man beef wachten. Naderhand gaf Jaster hem een borrel en trok de tand. Een half jaar later kwam de man aanzetten met een karretje met daarop een grote meloen.

Ooit klopte er midden in de nacht een huilende man aan bij de Jasters. Hij wou de leraar spreken. Zijn enige koe was dood gegaan, en had geen geld voor een nieuwe. Hij wilde geld lenen om een nieuwe te kunnen kopen. 

Jaster hield ook bijen. Een van de buren werd vaker gestoken door die bijen en als vergoeding moest Jaster hem elk jaar een pot honing geven.

Een andere naam voor de Wolfgangsbron is Wolframowe zdródło, het water zou wolfram bevatten, dat vrijkomt omdat onderaardse dwergen dat daar neergelegd zouden hebben, om daar door hen verstopt gestolen zilver te camoufleren.

Op 29 september 1745 trekt de Pruissische overste luitenant von Rebow met 250 huzaren en dragonders Kunzendorf binnen en bezet de Kahlenberg. Van hen kwamen er elke morgen 20 tot 30 man naar Friedeberg. Ze reden tot bij Ullersdorf en Herrnsdorf, om te kijken of er zich Oostenrijkers lieten zien.

In februari1847 wordt tot Schiedsman fuer de Feuerversicherungs Gesellschaft Ambtsbezirk Antoniwals Blumendorf und Kunzendorf mijnheer Talcke koster en schoolleraar te Kunzendorf.

Op de Gotthardsberg (huisberg mit een kapel bij Friedeberg) vindt de mineraloog een heerlijke hoeveelheid epidot en het edele granaat. Dit zijn kleine zes- en vierkantige zuilen, met een licht grasgroene en zwartgroene kleur in blad en naaldvorm.

22 april 1797 sterft de enige zoon van pastor Liebig in Kunzendorf am kahlen Berge, Johann Moritz, aan krampen. Oud 10 maanden en 24 dagen.

1797 Tot dan toe moest in Kunzendorf am kahlen Berge in het woongedeelte van de boer Scholz het onderwijs gegeven worden, waar allerlei afleidingen voor de kinderen onvermijdelijk waren. Sinds 2 september van dit jaar is dit dorp nu blij een eigen pastorie en schoolgebouw te hebben.

In november 1786 trouwt pastor Heise uit Giehren met de tweede dochter van pastor Künzel uit Kunzendorf am kahlen Berge:Henriette Amalie. Ze baarde hem een dode dochter.

1789 Overlijdensberichten, Hr. John, koster bij de evangelische kerk in Kunzendorf, 74 jaar oud, meer dan 40 jaar in dienst.

Ontwerper van het  Blumendorf logo is Jerzy Kucinski uit Chicago, die uit dankbaarheid voor een mooie doorgebrachte vakantie in Blumendorf het logo, een gestileerde bergkorenbloem Centaurea montana ontworpen heeft.

Scholtis Johann Christian, smid 23 jaar, evangelisch, ongetrouwd, Kunzendorf, Silezië staat op een lijst van pruissische krijgsgevangenen die in 1761 als kolonisten in het Banat, en naar Siebengebürgen gingen. (Friedrich Muck)

Ambtelijk politieblad. Uding Menzel. De onder toezicht van de politie staande knecht Karl. August Uding, die zich ook Menzel noemt, die zeer verdacht wordt van diefstal, heeft zich op 24 december verleden jaar, aan deze dienst in Petersburg ontrokken. Geboorteplaats Blumendorf, leeftijd 23 jaar, haarkleur blond, ogen grijs, lengte gemiddeld. Hirschb. i. Schl. 1 maart1858 R.Pr.Staatsanwaltschafft.

Bisdom Löwenberg 1860. De overleden boerengoedeigenaresse weduwe Elsner geborene Feist in Blumendorf heeft de school aldaar een legaat van der 50 Reichsthaler doen toekomen

Bisdom Löwenberg 1867. De op 18 april gestorven boer Johann Carl Ehrenfried Elsner heeft testamentair de evangelische Kirche te Kunzendorf am kahlen Berge50 Tahler en de evangelische school in Blumendorf 75 Tahler, zonder verdere bestemming, nagelaten. 

In het bos bij Neusorge een granieten steen ligt waar de volgende teks in is gebeiteld: 'Revierjager Johann Klamt is hier op 12 juli 1891 door stropers doodgeschoten.'
 


Czy wiesz, że

Istnieje dokument z 1530 r., gdzie jest napisane, że Ulrich von Schaffgotsch od klasztoru w Lubomierzu kupi kawałek ziemia i daje ten las do gmina Kwieciszowice.

W wojnie przeciwko Turkom, Kwieciszowice płaciło w 1572 do finansowac wojnę, kwota 386 Talern. 

W 1692 roku wieś doleżał do sąd w Mirsku. Później sąd był w sądowy karczma w sam Kwieciszowice. 

M. Gottfried Menz z Kwieciszowice w hrabstwo Gryff w 1713, jest pastor w Wądroże Wielkie. 

W dniu 24 października 1734 roku córka Martina Theuner z Kwieciszowice która byla na msza w  kościół Giełbutów, zmarł nagle na atak serca i tam został pochowany.

W 1783 roku, spłonął młyn wodne. Nie wiadomo czy jest to młynie zbożowym lub tak zwane do deski.

Również w 1783 roku, przypadek rzadki płodności. W dniu 25 listopada chłopka Seifertin została matka od trojaczków, dwóch synów i córkę.

1787, na ten dzień, utonął w Kwieciszowice bardzo stary człowiek, który już długo cierpiał na melancholię, w studni. 

Stojąca na odpowiedzialność Dominium Gryff, ratusz spłonął w 1795 roku. Odbudowany ratusz otwarty w 1802 roku. 

Z okazji 100-lecia jubileum kościoła w Gryfów tam było ślub 6 małżeństwa z Kwieciszowic i 9 dzieci ochrzczony. 

W 1846 Kwieciszowice ma jedna szkoła ewangelicka, 75 domów, jeden tartak, dwa młyny wodne i jeden młyn na mielenie kory dębów. (To jest teraz sklep wieś.) Są około 470 mieszkańców z czego ośmiu rolników, 10 ogrodników i 86 małych rolników. 

Latach trzydziestych, podczas burzy trzy krowy Lorenza stali zbyt blisko do drutu kolczastego pod prądem,  piorun uderzył na drut i zabił trzy krowy. 

Rzeźnik Gringmuth miał coś w rodzaju jak piwnicy, gdzie przechowywane był lód do utrzymania mięso do długo w lecie.

Nie było lekarza i zawsze poprosili Jaster o pomocy. Więc raz człowiek miał ból zęba, ale Jaster nigdy nie zęby Jaster i jego żona nie chcieli mieć problemów z rządem. Ale człowiek, który nie miał pieniędzy nalegał na to. Jaster, który udzielał lekcji w tej chwili, ale człowiek czeka cierpliwie. Następnie Jaster dał mu wódka i pociągnął mu ząb. Sześć miesięcy później człowiek wrócił z wózkiem zawierającą duży melon wdzięczność. 

Środek nocy raz zapukał mężczyzna płaczący do Jaster. Chciał porozmawiać z nauczycielem. Jego jedyna krowa umarł i nie miał pieniędzy na nowy. Chciał pożyczyć pieniądze na zakup nowego. 

Jaster również miał pszczoły. Jeden z sąsiadów, Lorenz, często był gryżone przez pszczoły i za to Jaster mu musiał mu dać roczne słoik miodu. 

Inna nazwa  dla źródło Wolfganga jest Wolframowe źródło, woda zawierałby wolfram. Wolfram tam układali podziemne karły, aby kamuflować, ukryć tam przez nich skradzione srebro.

W dniu 29 września 1745 dowódcy pruskiego porucznika von Rebow z 250 huzarów i dragonów okupowali Proszowa i zajęli Kahlenberg. Od nich przysiedli codziennie od 20 do 30 mężczyzn do Mirsk. Jechali do Nowogrodziec i Męcinka, aby sprawdzić, czy tam Austriacy się pokazali. 

W luty 1847 jest Schiedsman dla Feuerversicherungs Gesellschaft rejon Antoniów, Kwieciszowice i Proszowa, Pan Talcke zakrystian i nauczyciel w Proszowa.

Na Boża Góra (góra dom z kaplicy koło Mirsk) mineralog znajdę wspaniałe ilość epidot i szlachetny granat. Są to małe sześć kwadratowe kolumny, z jasnym zielona trawa i czarnym zielonym kolorze w kształcie liści i igieł. 

22 kwietnia 1797 zmarł jedyne syn pastora Liebig w Proszowa, Johann Moritz na skurcze. W wieku 10 miesięcy i 24 dni. 

1797 Do tego czasu podane lekcja dla dzieci w Proszowa był w salonie rolnika Scholz, gdzie wszelkiego rodzaju rozrywki były nieuniknione dla dzieci. Od 2 września tego roku, ta wioska jest teraz szczęśliwy w własnej parafii mają szkoły. 

W listopadzie 1786 pastor Heise z Gierczyn żenił się z druga córka pastora Künzel z Proszowa: Henriette Amalie. Urodziła mu martwą córkę. 

1789 Nekrologi, Hr. John, kościelny w ewangelickim kościele w Proszowa, 74 lat, ponad 40 lat służby. 

Projektant logo Kwieciszowice jest Jerzy Kuciński z Chicago, który w ten sposób podziękowaniu za piękny urlop spędzony w Kwieciszowice. Logo jest stylizowany chaber górski, Centaurea montana. 

Johann Christian Scholz, kowal 23 lat, ewangeliczny, niezamężna, z Kunzendorf, Śląsk jest na liście pruskiej jeniec wojenny jako osadników w Banat, i udał się do Siebengebürgen w 1761.

Dziennik policyjne: Uding Menzel. Nadzorowane przez policję, sługa Karl August Uding, który sam też nazywa się Menzel, który jest bardzo podejrzane o kradzieże, uciekł w Petersburgu tej służby w dniu 24 grudnia ubiegłego roku. Miejsce urodzenia Kwieciszowice, wiek 23 lat, blond włosy, niebieskie oczy, średniej długości. Jelenia Góra. 1 marzec1858 R.Pr.Staatsanwaltschafft. 

Diecezja Lwówek 1860. Zmarła wdowa rolnik, wdowa Elsner urodzona Feist z Kwieciszowice, dała szkoła w Kwieciszowice legat od 50  Reichstahler.
 
Diecezja Lwówek 1867. Rolnik Johann Carl Ehrenfried Elsner, Który zmarł w dniu 18 kwietnia, pisał testamentowego do kościół ewangelickiego w Proszowa 50 Tahler i szkoła ewangelicka w Blumendorf 75 Tahler, bez dalszego przeznaczenie.

W lesie w pobliżu Kłopotnica leży granitowej kamień, gdzie jest wyryte w następny tekst: "Myśliwy Johann Klamt został tu zastrzelony w dniu 12 lipca 1891 przez kłusownicy".

donderdag 16 januari 2014

Het zwembad in Kunzendorf


 unieke foto van de bouw van het zwembad door de RAD
                                                                          
Boer König uit Kunzendorf had een stuk moerassig grond met daarop een ven, waar men dwaallichten kon zien. Deze dwaallichten is eigenlijk methaangas wat opborrelt uit het ven en als het aan de oppervlakte komt, als het ware ontploft. Soortgelijke vennen waren er ook in Querbach en Krobsdorf.

In de jaren dertig besloot König, om het de hulp van de Reichsarbeitsdienst van het ven een zwembad van te maken. Het was toch een onbruikbaar stuk land en door de toename van het toerisme, kon het zwembad geld opleveren.

Het water aangevoerd vanuit het gebergte werd eerst opgevangen in een 'voorverwarmbekken' voordat het in het zwembad kwam. De zoon van de König, Otto, was tegelijkertijd badmeester en kassier. Bij warm weer verkocht hij zelfs ijs.

Het zwembad had een gedeelte voor zwemmers en nietzwemmers en er was zelfs een duikplank. Op de ligweide stonden twee omkleedcabines, een voor vrouwen en een voor mannen.

Niet alleen de 'Sommerfrischler' maar ook de schoolkinderen uit Kunzendorf, Antoniwald en Blumendorf maakten maar al te graag gebruik van het zwembad.

Basen w Proszowa

Gospodarz König z Proszowa miał bagnistą kawałek ziemi z torfowisko, w którym można było zobaczyć światełku błądzący. Te wybuchy to rzeczywiście to, metan przepuszczanie się z bagno i, jeśli chodzi do powierzchnię, to wybuchnie. Podobne torfowisk były także Przecznica i Krobica.

W latach trzydziestych König, zdecydował się na to z pomocy 'Reichsarbeitsdienst' (służb praca) od torfowisko robic basenie. To jeszcze bezużyteczny kawałek ziemi, przez wzrost turystyki, mógłby produkować pieniądze.

Woda dostarczana z góry po raz pierwszy zebrane w dorzeczu do ocieplenie, i potem wszedł do basenu. Syn König, Otto, był jednocześnie ratownik i kasjer. W ciepłe dni, że nawet sprzedała lodu.

Basen miał sekcję dla pływaków i dla tej który nie umieli pływać, był nawet deska do nurkowanie. Na trawniku były dwie szatnie, jeden dla kobiet i jedną dla mężczyzn.

Nie tylko 'Sommerfrischler', ale także uczniów z szkoły w Proszowa, Antoniów i Kwieciszowice chętnie korzystali basenu.



dinsdag 14 januari 2014

Vertaling derde Blumendorfer dagboek

cover van het boek
 
 
Een jaar geleden ben ik begonnen aan de vertaling van het derde dagboek gevonden onder het dak van een huis in Blumendorf in 1990. Nu is het te koop.
 
 
De andere twee waren, in chronologische volgorde
 
Magdalena uit Blumendorf
 
Magdalena uit Blumendorf
 
 
Konstantin von Wegerer
 
Konstantin von Wegerer
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

donderdag 9 januari 2014

Willy Theuner en de 'Dienstagverein'

Willy Theuner
 

Willy Theuner woonde in Steinhaüser, was behalve voor zijn homeopathische kennis, bekend om zijn virtuoze vioolspel. Hij speelde dan ook eerste viool in de 'Dienstagverein' uit Rabishau.

De 'Dienstagverein' was een bonte verzameling van amateurmuzikanten uit de omgeving van Rabishau die, u raadt het al, op dinsdagavond repeteerden. Later ontwikkelde deze groep zich tot het 'Laienorchester Rabishau' oftewel amateurorkest Rabishau. Oprichter was waarschijnlijk de koster Max Engwicht. Deze leidde de zangvereniging en zag graag bij optredens van de zangvereniging, ondersteuning van een orkest.

In het begin werd er in de school geoefend, maar al gauw werd er gerepeteerd in een klein lokaal bij de herberg aan het spoor van de heer Kahl. Sindsdien waren er beduidend minderklanten op de dinsdagavond....

Maar het orkest werd beter en beter. Men speelde o.a. Werk van Schubert, Mozart en Beethoven. Ook de walsen van Strauss mochten natuurlijk niet ontbreken.

De oefenruimte werd te klein en men ging repeteren in de herberg van Oswald Dressler. Zijn zoon Erich was ook een verdienstelijk muzikant, hij speelde o.a. piano, xylofoon. Koster Engwicht speelde harmonium. Eerste viool: Willy Theuner, Erich Dressler en Fritz Schaefer. Tweede viool: Bruno Vogt, Fritz Lorenz, Erich Steiner en Helmut Baumert. Cello: Fritz Parnak, klarinet: Erich Wittwer, Kurt Schumann en Zölfel. Fluit: Rudolf Maas, eerste trompet: Alfred Mohaupt, tweede trompet: Willy Mohaupt, contrabas: Alfred Schmidt, slagwerker: Paul Schubert. Trombone Alfred Schubert en Erich Weise en op de piano Friedel Dressler.

Hoewel men altijd klassieke stukken bleef spelen, ging men over op het spelen van lichte muziek, waardoor men meer toehoorders trok. Men speelde niet alleen in Rabishau, maar trad ook in de buurtgemeenten op. Een willekeurige greep uit hun optredens; Winterliesel, Herzklopfenpolka, Petersburger Schlittenfahrt en Musikalische Reise um die Welt.

Hun doel was duidelijk: ze beleefden veel plezier aan het maken van muziek, en wilden in bescheiden mate andere vreugde geven.
 



Willy Theuner i "Dienstag Verein"

Willy Theuner mieszkał w Koloni Kwieciszowic, był poza jego homeopatycznego wiedzy, znany jako wirtuoz grający na skrzypcach. On również grał pierwsze skrzypce w "Dienstag Verein" z Rębiszów.


"Dienstag Verein" był zbieraniną amatorskich muzyków z Rębiszów i okolice, które, jak zgadliście, praktykowali wtorek wieczoru. Później grupa ta rozwinęła się nazywała "Laienorchester Rabishau" lub amatorskiej orkiestry Rębiszów. Założyciel był prawdopodobnie kościelny Max Engwicht. On prowadził chór, a chciał zobaczyć u występy chóru, wsparciu orkiestry.


Na początku praktykowane było w szkole, ale wkrótce był praktykowane w małym pokoju w karczma u stacja kolejowe, u pana Kahl . Od tego czasu było znacznie mniej klientów we wtorek ....


Ale zespół grał lepiej i lepiej. Grali między innymi pracę od Schuberta, Mozarta i Beethovena. Oczywiście walce Strauss nie można brakować.


Sala praktyka była szybko zbyt mała i próby wyniesione do karczmie Oswalda Dresslera. Jego syn Erich był utalentowane muzykiem i grał na fortepian i ksylofon . Koster Engwicht grał harmonium . Pierwsze skrzypce : Willy Theuner, Erich Dressler i Fritz Schaefer. Drugie skrzypce: Bruno Vogt , Fritz Lorenz, Erich Steiner i Helmut Baumert . Cello: Fritz Parnak, klarnet Erich Wittwer, Kurt Schumann i Zölfel. Flute: Rudolf Maas, pierwsza trąbka: Alfred Mohaupt, druga trąbka: Willy Mohaupt, bas : Alfred Schmidt, perkusista Paul Schubert. Puzon Alfred Schubert i Erich Weise i fortepian Friedel Dressler.


Chociaż ciągle grali klasyczne utwory, zaczynali grac lekki muzyki, i przez to przyciągali więcej słuchaczy. Nie tylko grali w Rębiszów, ale również działali w okolicznych gminach. Losowy wybór z ich przedstawień; Winterliesel, Herzklopfenpolka, Petersburger Schlittenfahrt i Musikalische Reise um die Welt.


Ich cel był jasny: mieli dużo zabawa robić muzyka i chcieli dać inny trochę radość .