"Proszę, mamo, ja chce, żeby ona zostaje z nami, proszę!" "Ale oczywiste Szymon, to jest jasny, ona przeczesz potrzebuje pomocy!"
Kiedy trochę później weszłam do kuchni na kolację, prawie nie rozpoznałem szary dziewczyna. Tam usiadła, jej teraz błyszczące czarne włosy, splecione w dwa ślimaki na uszach, w niedzielny strój jednego z naszych pokojówek, a ona uśmiechnęła się szczęśliwy na mnie. Jej zmęczenie wydawało się porwany z jej twarzy, i wydawało się, że ona już należała do rodziny. Podczas kolacji, dawalem raport na temat doświadczeń z ostatnich dni. Ojciec zadawał wiele pytań, zwłaszcza o napad Hysytow, które mieliśmy dzień wcześniej. U mama można poznać, że jest ze mnie dumny, i uznała moje działania. Musiałem wyjaśnić jej to jeszcze raz, że rzeczywiście miałen dużo czas przygotowany, aby strzelać na człowiek, ale akurat w tej chwili, naprawdę, nie było czasu na jakikolwiek rozwagi. Dziewczyna słuchała uważnie i podczas ciągle spojrzała na mnie.
Potem wszyscy poszliśmy spać. Matka robiła dla dziewczyny świeży łóżko gotowe w pokoju pod dachem, i przyprowadziła ją tam. Ja upadłem na moim łóżku i czułem, jak jakiś zadowolenie poszła przez mojego ciała. Jeszcze myślałem, "Jak ptak, który wrócił na jego gnieździe." Potem chyba zasnąłem. W nocy, pomyślałem że mi śniło, że dziewczyna przyszedł do mnie w łóżku, ale szybko ustaliłem, że to nie był sen. To była rzeczywistość, wyciągała dłuż mnie, tak że znowu mogę czuć ciepłość jej ciało, potem tłoczyła się znowu jak kotka i zapadła w głęboki sen. Rano, była jak w karczmie w Kwieciszowice, ja leżałem sam w lóżko.
Hij ging naar
het meisje toe, liet mijn hand los en omarmde haar. Toen riep hij
weer luid om mijn moeder, die ergens in huis bezig was en mijn
aankomst eerst niet gehoord had. Nu kwam ze aangelopen en zag haar
man met het grauwe meisje in de hof staan. Ze begreep de situatie
meteen. Ze legde haar arm om de schouder van het meisje en bracht
haar naar ons huis. Ik bleef met vader in de hof en vertelde hem waar
ik het meisje getroffen had. Ik zei hem, dat ik ook zeer blij zou
zijn, als wij ons om haar zouden bekommeren. Gauw genoeg kwam mijn
moeder weer naar buiten en zei dat ze het meisje eerst in een teil
met warm water gezet had, en haar ook iets warms te drinken had
gegeven. Dan, na een lange pauze keek ze ons beide ernstig aan en
zei; ‘Het meisje is stom, ze kan niet praten.’ Het trof me als
een hamerslag. Dat was het dus, waarom we tot nu toe geen woord met
elkaar gewisseld hadden. Tegelijkertijd kwam bij me een gevoel op,
niet een gevoel van medelijden, nee het gevoel dat ik al kende, dat
ik ze beschermen moest. Nu was me duidelijk, waarom dit zo belangrijk
was.
‘Alstublieft
moeder, ik wil graag dat ze bij ons blijft, alstublieft!’ ‘Maar
zeker, Symon, dat is toch vanzelfsprekend, ze heeft toch hulp nodig!’
Toen ik iets
later voor het avondeten de keuken binnen ging, had ik het grauwe
meisje bijna niet herkend. Daar zat ze, haar nu glanzend zwarte
haren, in twee slakken over de oren gevlochten, in een zondagskleed
van één van onze maagden, en ze lachte me gelukkig aan. Haar
vermoeidheid scheen als uit haar gezicht weggeblazen, en het leek ,
alsof ze al bij de familie hoorde. Tijdens het eten bracht ik nog
eens verslag uit over de belevenissen van de laatste dagen. Vader
stelde veel vragen, in het bijzonder over de Hussiten overval, die we
daags tevoren beleeft hadden. Bij moeder kon je merken, dat ze trots
op mij was, en mijn handelen goedkeurde. Haar moest ik nog een keer
uitleggen, dat ik me er weliswaar lang op had kunnen voorbereiden, om
op een mens te moeten schieten, maar dat op het moment, dat ik het
ook werkelijk deed, er geen tijd was voor welke overwegingen dan ook.
Het meisje, luisterde aandachtig toe en keek me daarbij steeds aan.
Daarna gingen
we allemaal naar bed. Moeder had voor het meisje in een kamer onder
het dak, een fris bed klaar gemaakt en bracht haar daar ook naar toe.
Ik viel in mijn eigen bed en voelde, hoe zich een tevredenheid over
mijn lichaam uitbreidde. Ik dacht nog; ‘Als een vogel, als hij op
zijn nest is teruggekeerd!’ Vervolgens moet ik ingeslapen zijn. ’s
Nachts dacht ik te dromen, dat het meisje weer bij me in bed kwam,
maar ik stelde al snel vast, dat het geen droom was. Ze was het
werkelijk, strekte zich lang langs me uit, zodat ik haar
lichaamswarmte weer kon voelen, daarna rolde ze zich weer op en viel
snel in een diepe slaap. ’s Morgens, was het weer als in de herberg
van Blumendorf, ik lag alleen.